ObjectID consistent over jaren in brpgewaspercelen?

[KarenBB]

Hallo,
Ik ben een nieuwe gebruiker van PDOK en van dit forum.
Voor onderzoek in akkerbouwgebieden doen wij tellingen van muizenholletjes langs transecten binnen diverse percelen. In verschillende jaren worden soms dezelfde percelen opnieuw bezocht.
Met behulp van de start- en stopcoördinaten van de transecten en de kaart BRPgewaspercelen kan ik de transecten koppelen aan een specifiek perceel.
We doen dit met terugwerkende kracht voor tellingen vanaf 2012.
Nu ben ik benieuwd of de ID’s die in brpgewaspercelen zitten consistent worden gebruikt in de verschillende jaren.
Is er iemand die dat weet?
Hieronder een screenshot.

[rwal]

Nee, het objectid is niet uniek voor een perceel door de jaren heen. De gewaspercelen worden ieder jaar opnieuw ingewonnen. Dus ook een nieuw ID.
Dit ID is alleen uniek in het betreffende jaar

[KarenBB]

Bedankt voor de snelle reactie!
Is er wellicht een kaart met perceelsgrenzen die we zouden kunnen gebruiken als alternatief voor de gewassenkaart waarin de ID’s wél consistent zijn? Misschien iets van het kadaster?

[ivorbosloper]

Deze vraag komt vaak ter sprake bij data-uitwisseling in de agrarische sector. Het zou wel gemakkelijk zijn om een uniek ID te hebben, maar dat lukt voor gewassen niet omdat percelen per teelt anders ingedeeld kunnen worden. Neem bijgevoegd voorbeeldperceel uit 2020 van 29ha in de flevopolder, in 2015 waren dat 7 verschillende percelen. Andersom komt het net zo goed voor, meerdere percelen die eerder 1 perceel waren (extreem zichtbaar als je bijvoorbeeld met strokenteelt begint).

Kadaster-IDs blijven langer geldig dan een teelt maar die gaan over eigendom, terwijl de BRP over gebruik voor een teelt gaat. Dat is een ander concept en betreft ook wezenlijk andere geometrieën.

Meestal wordt in de uitwisseling de geometrie + de geldigheidsduur gebruikt. Als je toch een enkel ID wil gebruiken wordt vaak gekozen voor de GPS of RD-New coördinaat van een labelpoint (liever niet de centroid want die ligt in 3% van de BRP percelen buiten het perceel).